Symptomen

• Een kind dat slecht ziet, meestal met één oog, soms met beide ogen.

• Soms kijkt het ook scheel

• of kan het moeilijk diepte zien.

Oorzaken

Een lui oog ontstaat voor de leeftijd van 7 jaar, als gevolg van:

• een asymmetrische refractieafwijking (meestal verziendheid en/of astigmatisme)

• een stoornis in de bouw van het oog (bijvoorbeeld aangeboren staar of cataract)

• scheelzien

De hersenen verwerpen het beeld van het slechtere of scheelziende oog, waardoor dit oog lui wordt en de zenuwbanen van dat oog zich niet volledig kunnen ontwikkelen.

Onderzoeken

Het is van groot belang om kinderen voor de leeftijd van 4-5 jaar te onderzoeken omdat de behandeling moet gebeuren voor de leeftijd van 7 jaar. Zeker als een lui oog of scheelzien nog bij andere leden van de familie voorkomt.

Meestal gebeuren deze onderzoeken bij Kind en Gezin of bij het schooltoezicht.

Behandelingen

Bril
Als er een lui oog wordt vastgesteld, zal het dragen van een bril worden voorgesteld eventueel samen met het afplakken van het goede oog.

Afplakken goede oog
Zo wordt het lui oog gestimuleerd in zijn ontwikkeling. Dit afplakken of dragen van een bril is meestal tijdelijk. Als het kind 10 jaar is, kan de behandeling vaak gestopt of afgebouwd worden.

Operatie bij scheel oog
In geval van scheelzien bij een jong kind, krijgt in eerste instantie het zicht voorrang en dus het voorkomen van het lui worden van het scheelziende oog. Als het kind tussen 4 en 6 jaar is en het belang van een rechtstaand oog belangrijker wordt, kan met een operatie de oogstand worden gecorrigeerd.

Gespecialiseerde artsen

Dr. Ghislaine Peene: kinderoogchirurgie + scheelzien bij kinderen

Dr. Katrien Verstrynge: scheelzien bij volwassenen