De stamcellen worden verzameld uit het bloed van de donor met een procedure die aferese heet, via een speciale centrifugetechniek.

Een stamceltransplantatie met eigen stamcellen (autologe stamceltransplantatie) wordt meestal uitgevoerd bij patiënten met lymfoom (lymfeklierkanker) of de ziekte van Kahler. Een transplantatie met donorcellen (allogene stamceltransplantatie) gebeurt vaak bij acute leukemie.

Neem een lijstje mee met de geneesmiddelen die je inneemt:

  • naam van het geneesmiddel

  • dosis

  • hoeveel van deze medicatie je gebruikt per dag (ochtend, middag, avond) en hoelang je deze neemt.

Schrijf jouw vragen voor de arts op papier of noteer ze in jouw telefoon. Vraag goed na wat de dosis is van de geneesmiddelen die je krijgt voorgeschreven, hoe je die medicatie moet innemen en hoe lang.

We nodigen je uit om een begeleider of vertrouwenspersoon mee te brengen, als je daar nood aan hebt (max. 2 mensen).

Verloop

Voorbereiding

Als je op raadpleging samen met je arts hebt besloten dat een stamceltransplantatie nodig is, dan spreek je met de transplantcoördinator een opnamedatum af. De arts en transplantcoördinator geven je ook uitleg over de behandeling, de alternatieven, de mogelijke risico’s en het verloop.

Omdat je in isolatie moet blijven, krijg je een eenpersoonskamer zonder opleg.

De transplantcoördinator overloopt het document “Vereiste toestemming door de patiënt” met jou en je familie, en daarna is er nog een gesprek hierover met de hematoloog. Daarna kan je document ondertekenen.

In de aanloop naar de opname krijg je enkele onderzoeken om zeker te zijn dat je organen (hart, longen, lever, nieren, enz.) de behandeling zullen kunnen verwerken.

De dag van de behandeling

Je komt zoals afgesproken naar het ziekenhuis en meld je aan bij de kiosk in het onthaal van campus Rumbeke. Behalve de stickers, krijgt je een ticketje met een wegbeschrijving naar de afdeling waar je opgenomen wordt. Je wordt er verwelkomd door een verpleegkundige die je de nodige uitleg geeft.

De behandeling zelf

Een stamceltransplantatie is een complexe procedure waar je goed op voorbereid wordt en die uitgevoerd wordt door een gespecialiseerd team van artsen en verpleegkundigen. De opname voor een stamceltransplantatie duurt meestal enkele weken. De eerste dagen krijg je chemotherapie en soms ook immuuntherapie en/of radiotherapie. Daarmee worden je eigen stamcellen in je beenmerg verzwakt of vernietigd. Vervolgens krijg je de gezonde stamcellen, via een bloedinfusie. Die moeten dan gaan zorgen voor de vorming van nieuwe bloedcellen. Er komt geen operatie aan te pas.

Na de transplantatie volgt een periode waarin je een zeer lage immuniteit hebt. Om je te beschermen tegen ernstige infecties, word je opgenomen op onze isolatie-eenheid. De kamers zijn er uitgerust met een overdruk filtersysteem en je volgt een kiemvrij dieet. Na enkele weken herstellen je bloedwaarden zich en kan je naar huis.

Het uitvoeren van een transplantatie is niet zonder risico en vergt specifieke expertise. Bijgevolg staan wij net als alle stamceltransplantcentra onder continue monitoring van de Europese Groep voor Bloed- en Mergtransplantatie (EBMT).

Afhankelijk van het type transplantatie verblijf je 1 tot 6 weken in het ziekenhuis.

Risico’s en bijwerkingen

De voornaamste complicaties die kunnen optreden zijn onder meer:

  • "Omgekeerd' afstoting of "graft-versus-host disease" waarbij de witte bloedcellen van de donor je lichaam als een bedreiging aanzien en zich ertegen verzetten. Dit kan in de eerste weken na de transplantatie optreden onder de vorm van huiduitslag, diarree of stoornissen van de lever. Het kan ook maanden tot jaren na de transplantatie optreden onder de vorm van droge ogen en slijmvliezen, gewrichtsklachten, huiduitslag, haarverlies, vermindering van de bloedcellen, longproblemen...

  • Verschillende types infecties zijn mogelijk, zowel tijdens de behandeling in het ziekenhuis als thuis na je ontslag. Deze infecties zijn het gevolg van de verzwakking van je afweer tegen microben.

  • Tijdelijke daling van de bloedcellen omdat je eigen beenmerg stopt met de aanmaak van bloedcellen, en de stamcellen die je van de donor krijgt tijd nodig hebben om bloedcellen te beginnen maken. Daarom krijg je transfusies van rode bloedcellen en bloedplaatjes.

  • Klassieke nevenwerkingen van chemotherapie en bestraling zoals minder eetlust, misselijkheid, vermoeidheid.

Nazorg

Toch moet je ook dan voorzichtig blijven: nadat je bent ontslagen uit het ziekenhuis moet je een hele tijd minstens een keer per week op controle komen. Je medicatie wordt voortdurend bijgestuurd en je krijgt richtlijnen over hoe je veilig kunt leven in die periode. Je kunt nog steeds een ernstige infectie of afstotingsverschijnselen ontwikkelen. Daarom krijg je in het begin medicatie die je immuniteit onderdrukt. We volgen ook de functie van je hart, longen, lever en nieren op.

Kostprijs

Alle kosten voor je verblijf en verzorging komen op de ziekenhuisfactuur. Heb je vragen over de ziekenhuisfactuur, of wil je vooraf een inschatting van de kostprijs? Dit kan je altijd opvragen aan de dienst facturatie via factuur@azdelta.be of per telefoon 051 23 76 66.

Laatst aangepast: